't
W u l l e m i n h o f
|
" CHEVAL DE MERENS "
2.1
Inleiding Mérens
zijn onvermoeibare bergpaarden met een heel goed karakter. 2.2
Herkomst De
mechanisatie maakte het paard overbodig en eind de jaren zestig was het ras
bijna uitgestorven. Enkele fokkers en de staatsstoeterij van Tarbes
hebben de Mérens van het verdwijnen kunnen redden. De
officiële naam is “ Cheval
de Mérens “ of in het kort Het
grootste deel van de fokkers zijn in Frankrijk, regio Midi-Pyreneeës,
maar ook in Nederland, Italië, Duitsland, Zwitserland. Nederland en Italië
hebben beiden een eigen stamboek. België sinds juli 2006. De
Mérens wordt in Frankrijk vaak in kudde verband
gehouden en lopen van mei tot oktober hoog in de bergen, onder leiding van een
merrie met een bel om, zo kan de eigenaar gemakkelijk zijn kudde traceren. De
Mérens zouden wel eens nazaat kunnen zijn van de paardjes
die men op de 13.000 jaar oude rots tekeningen in de grotten van Niaux
teruggevonden heeft.
2.3
Exterieur 2.3.1
Hoogte De
gewenste stokmaat bedraagt voor de hengsten een gemiddeld van 1.47 m.
en voor de merries 1.45 m. Toch
is het variabel tussen de 1.35 m. en de 1.50 m. 2.3.2 Kleur De
Mérens behoren officieel
zwart te zijn, de zwarte beharing moet zijdeachtig en van goede fijne kwaliteit
zijn. De manen zijn vol, vaak gekruld en stug aanvoelend. Daarbij kan de manekam
enkel of dubbel zijn. Een
witte aftekening aan het hoofd is toegelaten maar het moet een uitzondering
zijn. In de zomer kunnen de zwarte Mérens paarden
een rossige gloed krijgen door inwerking van de zon. Heel enkel komt het voor
dat er een voskleurige Mérens geboren wordt. In
Nederland is dit tot 1999 slechts 5 keer voorgekomen. Een vos wordt niet in het
stamboek opgenomen. 2.3.3 Bouw De
hals is van gemiddelde lengte, goed geplaatst en met een lichte hoofdaanzet. De
borst is goed diep en de schouder van gemiddelde lengte en voldoende schuin. De
schoft moet voldoende ontwikkeld zijn en naar achteren doorlopend. De rug is
breed en voldoende gespierd, lendenen breed, goed gespierd en vloeiend verbonden
met de overige onderdelen. Het kruis is rond en de flanken goed gevuld en diep. 2.3.4
Hoofd Het
hoofd is edel en uitdrukkings vol. Het voorhoofd is
vlak en breed. De oren zijn vrij kort, van binnen goed behaard en fraai van
vorm. De ogen duidelijk naar buiten komend en levendig met een zachte
uitdrukking. 2.3.5
Benen Het
beenwerk bestaat uit goed ontwikkelde gewrichten, hard en droog. Vooraan heeft
het een goede gespierde onderarm en achter voldoende ontwikkelde broekspieren. De
hoeven zijn breed met zwart gepigmenteerde harde
hoorn. 2.3.6
Gangen Als
koetsier zit U gebeiteld achter de bergsterkte en onvermoeibare Mérens.
Als
ruiter zult u de gelijkmatige en vlakke gangen snel weten te waarderen, ze staan
garant voor efficiënt energiegebruik en de aangespannen Mérens
zal u niet gauw in de steek laten. Door de al genoemde vlakke en regelmatige
gangen maken de Mérens ook aangenaam tot voltige
paard. 2.3.7
Karakter Doordat
ze geboren zijn om in de bergen te verblijven, hebben ze instinctief een
bedachtzaam karakter. Paniekreacties zouden immers kunnen ontaarden in een
dodelijke val in de ravijn. Dit kalme karakter is
één van de meest gewaardeerde eigenschappen van de Mérens.
Het is een paard die graag werkt. Voor
een pittige dagtocht draait de Mérens zijn hoeven
niet om. 2.3.8 Gebruiksmogelijkheden De
Mérens is het perfecte recreatiepaard voor grote
kinderen en volwassenen. Nu wordt de Mérens
bijzonder veelzijdig gebruikt. Zowel aangespannen
(recreatief en men-wedstrijden) als onder het zadel
(voltige, western enz. ). Het heeft een succes volgebruik in de Endurence
sport dit onderstreept de uithoudingsvermogen. In
de laatste tien jaar hebben meermaals Mérens
aanspanningen de titel Kampioen van Frankrijk
gewonnen. Ook
in Nederland spelen ze mee op de hoogste trede van de basiswedstrijdsport.
Bovendien is het voor de Mérens
paarden mogelijk om binnen het Stamboek een zadel en/of menproef
af te leggen waardoor het dier op keuringen een hoger predikaat krijgt. Wilt
u dressuurmatig rijden, kies dan voor een moderne rijtypische Mérens.
|